De tijd van de leren jasjes

23 mei 2007 om 00:00 Nieuws

Post en Kalkman hebben ‘hun schatten’ voor enkele maanden uitgeleend aan Het Reghthuys. In de expositieruimte staat een originele Berini M 21 en M 23 opgesteld. Den Boer vertelt dat meningeen ‘Berini’ een tikkeltje Italiaans vindt klinken en denkt dat deze brommers uit Zuid-Europa komen, maar niets is minder waar. Het ontwerp is puur van eigen bodem. ,,Berini staat voor de namen Bertus, Rinus en Nico. Zij ontwierpen de Berini-brommer in 1949. De ‘M 21’ heeft een platte tank en Den Boer vertelt dat dit een ontwerp uit de experimentele fase is. In de tank staat nr. 3 gegraveerd en dat betekent dat er in het museum echt een van de eerste Berini’s is te bewonderen. De directeur is apetrots op ‘zijn tentoonstelling’. ,,Ik reed vroeger op een Berinisport, die flink was opgevoerd. Het was heerlijk om daar op rond te scheuren. Toen ik destijds door de politie werd aangehouden was ik natuurlijk wel de klos.”

Unieke brommer- expositie in Het Reghthuys REGIO - Voor museum Het Reghthuys pronkt ‘een sexy lady’ op de poster van de nieuwe expositie ‘Wat ik je brom..’. Ze staat naast een brommer uit de jaren vijftig afgebeeld. Een stukje nostalgie en schoonheid waar menig mannenhart harder van gaat kloppen. Bert den Boer, directeur van museum Het Reghthuys, vindt de gewaagde positie van de dame wel passen bij het tijdsbeeld van de tentoonstelling. Brommers uit de jaren vijftig en zestig waren stoer en daar hoorden ‘mooie dames’ bij. Vorige week zaterdag is de exposite ‘Wat ik je brom..’ in het museum geopend door Leen Post en Bart Kalkman uit Giessenburg. Twee verwoede brommerliefhebbers.

Door Ditty van Drenth

Naast de Berini’s is er een Solex, Kreidler en Zundapp te bezichtigen. De tentoonstelling past helemaal in het beleid van het streekmuseum. ,,We willen graag bijzondere verzamelingen van onze streekgenoten tonen.” De voorloper van de brommer is ‘de mosquito’, een herenfiets met motor en een tankje dat heel vernuft onder de bagagedrager is gevestigd. Op het stuur is zelfs een metertje aangebracht, zodat de gebruiker zijn snelheid kon bijhouden. Op het exemplaar in het museum is zelfs een kinderstoeltje voorop ‘de brommer’ gemonteerd. Aan het plafond is een grijze sparta bevestigd met daaronder witte zuilen met allerlei motoronderdelen erop.

Voor het raam hangen twee bromfietsen en in de vitrinekasten liggen handleidingen van allerlei type brommers. ,,Dat zijn echte verzamelaarsitems,” stelt Den Boer. Met weemoed vertelt hij over ‘de tijd van weleer’. ,,Vroeger trok je een leren jas aan als je erop uit trok met de brommer, tegenwoordig dragen ze gewoon een jeans. En wat vooral in trek was onder brommereigenaren was om lekker te gaan picknicken.” In het museum staat een tafel waar allerlei picknickattributen liggen uitgestald. Een wegenkaart, radio, mok, deken en een brander. Een blik op deze uitstalling is genoeg om je de romantische sfeer van de jaren vijftig te laten proeven. Verder zijn er pothelmpjes, gereedschappen voor onderhoud, brommertijdschriften, brommeronderdelen en boeken over brommers tentoongesteld.

Het meest bijzondere object vindt Den Boer de twee handschoenen waarop een rood lampje is gemonteerd. De bestuurder van de brommer kon vanuit de handschoen het lampje aan doen en dat begon dan te knipperen. Door zijn rechter- of linkerhand (met handschoen) op te steken kon hij weggebruikers duidelijk maken welke richting hij op wilde gaan.

u De expositie in museum Het Reghthuys is te bezichtigen tot 29 september 2007 aan de Dorpsstraat 10 in Giessenburg. Openingstijden: woensdag en zaterdag van 13.30 - 17.00 uur.

advertentie
advertentie