Manege even bedreigd door oude vondsten

6 augustus 2008 om 00:00 Nieuws

Voor de bouwvergunning die Chris van Leeuwen indiende kan worden goedgekeurd, moet eerst ruimtelijke onderbouwing worden uitgevoerd en een milieuvergunning worden afgegeven. Binnen die ruimtelijke onderbouwing valt ook een stuk archeologisch onderzoek. Uit dat onderzoek blijkt dat vlakbij de nieuw te bouwen binnenbak een terp ligt, een verhoogd stuk grond waar waarschijnlijk al honderden jaren bewoning plaatsvindt. De ophoging uit de Late Middeleeuwen waarop mensen woonden ligt echter tegen de dijk aan. Mensen uit het gebied rond de Giessen woonden op de terpen om zo uit de buurt van het soms wassende water te blijven. De uitbreiding van de manege hoeft niet over de archeologische vindplaats heen te worden gebouwd en vindt derhalve geen bedreiging voor eventueel archeologisch erfgoed.

GIESSENBURG - Een nieuwe Trijntje is het niet, maar even leek het er op dat archeologische vondsten de uitbreiding van Stal Leeuwenhoeve in Giessenburg zouden verhinderen. Aanwezigheid van archeologisch erfgoed had de plannen voor een nieuwe binnenbak van stalhouder Chris van Leeuwen volledig in de war kunnen schoppen.

Door Marjanne Dijkstra

Aard-Jan Wullink van ARC, het bureau dat onderzoek deed naar de terp, vertelt: ,,In feite is het niet heel bijzonder dat op die plek bewoning heeft plaatsgevonden. Overal in het rivierengebied vind je van dit soort historische bebouwingslinten; veel boerderijen langs de Giessen liggen op zo’n terp.” Wullink zegt dat de terp verder niet afgegraven zal worden om verder onderzoek te doen. ,,Archeologisch gezien is geen bezwaar tegen de aanleg van de manege omdat die niet over de terp wordt gebouwd. Zolang archeologisch erfgoed niet in gevaar komt, hoeft ook niet te worden gespit in de grond. Pas als je archeologische waarden gaat verstoren, moet verder worden onderzocht wat die waarden inhouden.” De bevindingen van ARC moeten nog wel getoetst worden door de provincie Zuid-Holland.

Stal Leeuwenhoeve-eigenaar Chris van Leeuwen houdt een slag om de arm, maar is blij dat zijn plannen voor de bouw niet verstoord worden door de aanwezigheid van archeologische vondsten: ,,Op het moment ben ik bezig met de aanvraag van een milieuvergunning en loopt de bezwaarprocedure nog. Door dit nieuws komt de uitbreiding weer een stapje dichterbij; het voelt echt als een opsteker. Ik wil graag in oktober beginnen met de bouw, dus voor die tijd moet ook de wijziging van het bestemmingsplan rond zijn. Ik geef al een aantal winters buiten les en ik hoop komende winter droog en warm binnen te kunnen staan. Als het allemaal gaat zoals ik hoop kunnen mijn paarden in de winter in een nieuwe ruimte binnen staan en kan ik daar les geven. Voor de volgende zomer is ook de binnenkant dan afgewerkt.”

Zodra de ruimtelijke onderbouwing definitief is afgerond en de milieuvergunning is afgegeven wordt een vrijstellingsprocedure gestart om een bouwvergunning af te geven. Het bestemmingsplan moet worden gewijzigd: nu heeft de grond een agrarische bestemming en krijgt dan een recreatieve bestemming.