'Iets op touw zetten’ in Sliedrechts Museum

SLIEDRECHT - Touwslagerijen door de eeuwen heen. Dat is het thema van de nieuwe expositie in het Sliedrechts Museum met de titlel ‘Iets op touw zetten’. De expositie loopt van 7 maart tot en met 2 mei en is elke woensdag en zaterdag te zien van 14.00 tot 17.00 uur.

Herber de Keizer, een Sliedrechter in hart en nieren mag zich beroemen op een voorgeslacht van touwslagers die loopt van de zeventiende tot midden twintigste eeuw. Herber leerde het touwslaan van zijn vader die het weer van zijn vader had. Zo gaat de expositie langs de ‘familielijn’ terug tot omstreeks eind zeventiende eeuw, toen de eerste De Keizer een touwslagerij begon in de Sliedrechtse polder. Op een oude kaart uit 1366, is de naam ‘Baanehoeck’ al te lezen en daar bestonden toen al de eerste lange lijnbanen.

Toen de touwslagerij eeuwen later, in 1969, gesloten moest worden, omdat de grond onteigend werd vanwege uitbreiding van zorgcentrum de Merwebolder, kon Herber moeilijk afstand doen van het eeuwenoude gereedschap en al het overige materiaal. De oudste en grootste touwbaan (1885) werd geschonken aan het Sliedrechts Museum voor een permanente tentoonstelling in het ‘onderhuis’, een zaal met veel ambachtelijk gereedschap en attributen uit de 19e en 20e eeuw.

De rest werd bewaard tot de jaren tachtig, waarna het ‘touw’ begon te kriebelen en Herber het oude ambacht als hobby ging beoefenen. Zo is hij op vele plaatsen te zien, op jaarmarkten, braderieën en in musea, tot zelfs in het buitenland toe. Jaarlijks reist hij met zijn vrouw vier á vijf keer naar landen als België, Duitsland en Frankrijk om het touwslaan te demonstreren.

De Keizer zal tijdens openingsuren met veel verve demonstreren hoe de lijnbaan werkt en honderduit vertellen over de klossen, lijnen en soorten grondstoffen die worden gebruikt om een stevige dikke kabel of een gewoon springtouwtje te draaien.

Bezoekers mogen zelf een touwtje draaien en krijgen het zelf geslagen product mee. Toegang €1,00.