Over de Bach tussen de Beethovens

5 mei 2010 om 00:00 Nieuws

Damvereniging Denk en Zet, opgericht in 1935, is gevestigd in een klein gebouw achter de Gereformeerde kerk in Giessendam. Je zou er nietsvermoedend langslopen; het gebouw oogt als een bescheiden gymzaal van een basisschool. Bij de ingang staan Wim Kalis en Piet Trapman, beide gevestigde namen in de damwereld. Een welkom ontvangst volgt. Je verwacht ijzige stiltes met af en toe een tik van een damsteen die op het bord wordt verplaatst. Maar het tegendeel blijkt waar. Vanuit het zaaltje nabij de ingang klinken stemmen en het tikkende geluid van de zich verplaatsende wijzers van de klokjes die op de zes tafels zijn geplaatst. Piet Trapman glimlacht: ,,Het is gezellig druk hier hè? Er hangt nu een vrij ontspannen sfeer. Maar als we op zaterdag wedstrijden spelen, kun je hier een speld horen vallen hoor.”

Het Kompas op bezoek bij jarige damclub H’VELD-G’DAM - Damvereniging Denk en Zet bestaat 75 jaar, en op de avond dat het jongste en het oudste lid met elkaar de strijd aangaan, vereert Het Kompas ze met een bezoek. Spannend was de strijdt echter niet. De tienjarige Jonathan wist al vanaf het begin dat hij zou gaan winnen van zijn 86-jarige opponent Aart Kouwenhoven.

Door Amy van den Berg

Aan de voorste tafel spelen het jongste en oudste lid van de damvereniging, op verzoek van Het Kompas, tegen elkaar. Het contrast tussen Aart Kouwenhoven (86 jaar) en Jonathan Mentink (10 jaar) is naar verwachting groot. Maar hun spel lijkt daar niet onder te lijden. Kleine Jonathan zit met zijn benen zo gevouwen, dat hij beter boven de tafel uitkomt. Met zijn hand onder zijn kin, denkt hij na over zijn volgende zet en houdt hij zijn tegenstander in de gaten. Terwijl Aart Kouwenhoven weloverwogen een zet doet. Beide spelers verblikken of verblozen niet gedurende het spel; alle energie en aandacht wordt in het dammen gestoken. Jonathan zit in groep zeven, en is dankzij het schooldammen, waar zijn talent werd opgemerkt, terecht gekomen bij de damvereniging. ,,Ik ben hier goed in en ik wilde graag verder gaan. Het is heel erg leuk, vooral alle tactieken die je er bij kunt gebruiken,” zegt Jonathan. De favoriete tactiek van Jonathan is het combineren, wat zoveel betekent als het weggeven van een of meer schijven om er voordeel mee te behalen.

Aart Kouwenhoven damt al van jongs af aan. Ondanks het feit dat hij slecht ter been is en daarom niet zo veel meer kan komen, geniet hij nog steeds met volle teugen van het damspel. ,,Het leukste aan dammen vind ik gewoon het ‘proberen te winnen’ van je tegenstander. Ik heb het altijd heel erg naar mijn zin gehad hier. Na mijn herseninfarct ben ik minder goed - dat heeft natuurlijk wel invloed op het dammen. Maar ja, verliezen hoort er ook bij.”

Elke tafel, waaraan vier mensen zitten, is bedekt met twee damborden en vier scorebladen. Naast de damborden staan borreltjes, (alcohol vrije) biertjes, en plastic bekertjes met koffie. Piet Trapman en Wim Kalis zitten tegenover elkaar, aan dezelfde tafel als waar Aart Kouwenhoven en Jonathan Mentink hun spel voortzetten, wanneer ik hen vraag wat hen drijft om te dammen. Zonder aarzelen zegt Kalis: ,,De uitdaging. Je moet twintig zetten vooruit kijken. En dat kan alleen als je fantasie hebt en dingen kunt zien die er (nog) niet zijn.”

Volgens Piet Trapman is er in 75 jaar tijd veel veranderd: ,,Vroeger waren we met meer mensen - maar toen hadden veel mensen ook niet veel anders te doen. Dus dan sloot je al snel aan bij een vereniging. Nu hebben wij niet zo veel instroom ieder jaar. Het merendeel komt vanuit het ‘schooldammen’ bij ons terecht, maar dat zijn er ook niet echt veel. De jeugd van tegenwoordig is erg ongeduldig, en heeft veel meer om zichzelf te vermaken dan vroeger. Als ze nu uit school komen, spelen zij computerspelletjes of iets dergelijks. Een dampartij duurt vaak uren.” Om de jeugd te stimuleren om te gaan dammen, geven topspelers de jeugd nu wel eens training en beginnen zij met sneldammen. Trapman: ,,Wat we wel regelmatig zien is dat de jeugd hier speelt tot een jaar of twaalf en dan stoppen ze, maar wanneer zij jaar of dertig zijn zie je ze dan weer terugkeren.”

Damclub Denk en Zet heeft in het 75-jarig bestaan jaren in de top meegedraaid, wisselend tussen de hoofdklasse en de eerste klasse. In februari vorig jaar zijn ze echter gedegradeerd. Volgens Trapman komt dat omdat Denk en Zet hun eigen spelers voorrang geven. ,,Veel verenigingen laten bijvoorbeeld Russen invliegen. Wij doen dat niet. En in de hoofdklasse heb je ook clubs die geld betalen aan hun spelers, ook dat doen wij niet. In februari 2009 hebben wij tegen Ton Sijbrands gespeeld. Helaas degradeerden wij.” Ton Sijbrands is een Nederlands dammer, die velen malen eerste op de wereldranglijst heeft gestaan en is tevens bekend om het ‘blinddammen tegen meerdere spelers’. ,,Dat is ons grote voorbeeld,” zegt Trapman glunderend: ,,De damsport loopt vol met Beethovens. Maar hij is Bach.”

Het spel tussen het jongste en het oudste lid nadert na drie kwartier zijn einde. Peinzend staren zij naar het dambord - waarop nog maar enkele stenen liggen. De tienjarige Jonathan doet zijn laatste zet, en kan een glimlach niet onderdrukken. Maar al snel herstelt hij zijn enthousiaste gelaatstrek en staat hij op met een gereserveerd: ,,Ik heb gewonnen.”

advertentie
advertentie