OV-sector en politie ballen vuist tegen agressie

14 februari 2009 om 00:00 Nieuws

H'VELD-G'DAM - Proefprojecten, het uitwisselen van succesvolle methoden en het aanstellen van een landelijk ‘openbaar vervoer contactfunctionaris’ bij de politie zijn concrete voorbeelden uit het plan van aanpak dat vorige week is gelanceerd. Door de handen ineen te slaan willen vervoerders en politie de aanpak van agressie en geweld in het openbaar vervoer het komende jaar 'met kracht' verbeteren.

Dit hernieuwde initiatief is een reactie op de agressie- en geweldsincidenten waarmee de streekvervoerders in 2008 en begin 2009 zijn geconfronteerd. Het doel van de aanpak is dan ook het verminderen van het aantal incidenten en de verhoging van het veiligheidsgevoel bij chauffeurs en reizigers. De vervoersbedrijven Connexxion, Veolia, Arriva en Syntus (verenigd onder de naam Federatie Mobiliteitsbedrijven Nederland ‘FMN’), Stadsvervoerder RET en vertegenwoordigers van onder andere de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Verkeer en Waterstaat en de politie ondersteunen de inhoud van de aanpak en de maatregelen.

De initiërende partijen (FMN en Politie) gaan de aanpak intensiveren door de inzet van de OV-contactfunctionaris en experimenten met concrete vormen van aanpak die op termijn kunnen leiden tot landelijke invoering.

De OV-contactfunctionaris, commissaris van politie Leon Verver, krijgt twee opdrachten mee voor 2009. Ten eerste zal hij zorgdragen voor de kwaliteit en uniformering van registratie van incidenten in het openbaar vervoer. ,,Hierdoor ontstaat beter inzicht in de aard en omvang van de veiligheidsproblematiek en kunnen maatregelen in de loop van dit jaar nog beter worden afgestemd.

Het stroomlijnen van de communicatie/informatievoorziening rond het aangifteproces tussen de verschillende politiekorpsen en de landelijk opererende vervoerders is een tweede belangrijke opdracht. Gemeentelijke vervoerbedrijven houden de verbinding aan met één politiekorps als het gaat om het meldings- en aangifteproces, de bovenregionale vervoersbedrijven blijven in de nieuwe situatie lokaal hun melding of aangifte doen maar krijgen nu één aanspreekpunt waar het gaat om informatie rond het vervolgproces. De kosten voor de OV-contactfunctionaris nemen de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Verkeer en Waterstaat voor hun rekening.

De belangrijkste missie van zowel de contactfunctionaris als de participerende partijen is het coördineren, uitvoeren en evalueren van verschillende experimenten. Deze pilots, waarvoor reeds onderzoeken en gesprekken met chauffeurs plaatsvinden, starten op korte termijn in enkele politieregio’s (onder andere Zuid-Holland Zuid, Brabant-Noord, Midden- en West-Brabant en Hollands Midden). Binnen een pilot wordt, in een regionale vertaling, gebruik gemaakt van bestaande 'best practices', zoals die eerder lokaal of regionaal binnen de sector zijn ontwikkeld zoals door de politie Rotterdam Rijnmond en vervoerbedrijf RET. Ook verkennen de pilots nieuwe vormen van aanpak naar buitenlands voorbeeld of van buiten de OV-sector. Te denken valt hierbij aan het gezamenlijk optrekken van OV stewards met politie en het gericht surveilleren op risicolocaties. Trainingen op het gebied van geweldshantering en het verder optimaliseren van de bestaande nazorg bij incidenten door (bedrijfs)opvangteams behoren tevens tot concrete vormen van aanpak. Na evaluatie van de experimenten zal de beproefde aanpak of methode beschikbaar zijn om in het land, waar doeltreffend en noodzakelijk, te worden overgenomen.

advertentie
advertentie