Ab van Meeteren sloeg zich door de Hel van '63

31 december 2012 om 00:00 Nieuws

GORINCHEM - Hij heeft er nog spijt van, spijt als haren op zijn hoofd. Als Ab van Meeteren toen, in 1963, zich niet had ingeschreven bij de toertochters, maar bij de wedstrijdrijders dan had hij deze legendarische Elfstedentocht uit kunnen rijden. Dan had hij thuis in Gorinchem met het befaamde kruisje in handen zijn verloofde Wil van Wijngaarden in de armen kunnen vallen. Hoe anders liep het, nu vijftig jaar geleden, met de kansrijke arbeiderszoon.

Door Everdien Hamann

,,Bij ons thuis waren we altijd bezig met sport. Voetballen, schaatsen ... noem maar op. Als er ijs was, wisten we niet van ophouden. Met Rinus de Kuiper (nu 83 jaar) bleven we tot 's avonds laat rondjes schaatsen op de IJsbaan en later maakten we tochten op het Kanaal van Steenenhoek naar Hardinxveld en terug en als het kon de Molentocht.'' De 71-jarige Ab van Meeteren praat, met de bijna volle stempelkaart van de barre Elfstedentocht van 1963 in de hand, honderduit als het over schaatsen gaat. Tochten rijden, dat is toch wel zijn grote passie. De familie Van Meeteren woonde in de Indische buurt op Uitbreiding West, een woonwijk die nu niet meer bestaat. Vader werkte bij de kalkzandsteenfabriek. ,,We konden geen schaatsen kopen. Mijn vader vroeg een paar collega's in de smederij een paar schaatsen voor me te maken. Zo begon het allemaal.''

Militaire dienstplicht

Van rondjes draaien op de ijsbaan naar tochten maken in de Alblasserwaard. Van een buurman kreeg Ab van Meeteren later zijn eerste paar Noren. De Molentocht werd nu gemakkelijker. Ab schaatste de hele route soms twee keer achter elkaar. Maar in de tijd van de militaire dienstplicht kon Van Meeteren pas echt goed aan zijn conditie werken. ,,Ik had dienst bij vliegbasis Volkel in Noord-Brabant. We deden overal aan mee, ook schaatsen. We trainden met de kernploeg van twintig man drie keer in de week op de schaatsbaan in Eindhoven. We waren echt in topconditie.'' Het was in '63 een strenge winter en er lag ook veel sneeuw. Anton Verhoeven uit Dussen, die de Elfstedentocht al meermalen had gereden, kwam wel eens kijken bij de jonge mannen en zag voor Ab van Meeteren kansen. Ondertussen liepen de discussies in Friesland hoog op. Er was wel veel ijs, maar de conditie van het ijs was bar slecht. Maar uiteindelijk klonken de verlossende woorden: 'It giet oan'. Volgens de trainer kon Ab van Meeteren zich gemakkelijk bij de wedstrijdrijders inschrijven, maar dat durfde Ab niet aan. Hij had de Tocht der Tochten immers nog nooit gereden, kende daar de weg niet, het ijs en het weer waren slecht en zijn maten schreven zich allemaal in voor de toertocht. Hij sloot zich bij hen aan.

Oude kranten

,,Je hoefde toen niet officieel lid te zijn van de vereniging Friese Elfsteden. Er waren 150 wedstrijdrijders en bijna 10.000 toerrijders. Die konden allemaal meedoen.'' Ook Ab vertrok goed voorbereid een dag van tevoren met de trein naar Leeuwarden. Daar konden zij overnachten in een gymzaal, slapen op strobalen. Hij had een stapel oude kranten bij zich voor onder zijn jas, een zeemleer voor in zijn broek en natuurlijk een muts, wollen das, wanten, vaseline voor het gezicht en, heel belangrijk, een zonnebril. ,,En ik had in mijn rugzak een paar extra schaatsen. Je weet maar nooit of je onderweg te kampen krijgt met materiaalpech.'' Zijn verloofde Wil van Wijngaarden had een vrije dag opgenomen en zat die dag aan de buis gekluisterd in de hoop een glimp van haar geliefde op te vangen. Ze hadden afgesproken dat hij bij thuiskomst vanuit de trein naar haar zou zwaaien, als die langs haar huis reed. Maar dat liep anders. ,,We waren met een groep van ongeveer tien hele goede schaatsers. We konden om zeven uur starten, maar het ijs was zo slecht. Na 22 kilometer vielen de eersten van ons al uit.'' Van Meeteren laat de route op de achterzijde van de stempelkaart zien. ,,Na 50 kilometer, bij Stavoren, waren we nog maar met een half clubje over.''

Sneeuwblind

Het ijs was slecht; vol scheuren, hobbels en spleten. Maar erger was dat het weer omsloeg. Het vroor niet eens zo hard, maar er stak 's morgens een felle noordoostenwind op. ,,Eigenlijk was het niet verantwoord", weet Ab van Meeteren. ,,Er waren veel valpartijen waarbij mensen een arm of een been braken en soms in het riet achterbleven. Sommigen hadden bevroren ogen en anderen doolden sneeuwblind als dronkenmannen over het ijs. Maar ik was zo sterk als een paard en met mij ging het eigenlijk best heel goed.'' De Friezen waren zo gastvrij als ze maar konden. Er waren lopers uitgelegd van de route naar boerderijen waar teilen vol warme thee klaarstonden. ,,Geweldig zijn die mensen'', zegt Ab als hij er aan terugdenkt. Maar bij Bolsward was voor de meesten het keerpunt. Ook de groep van Ab haakte hier af. Een deel van de route zou vanaf Harlingen over het IJsselmeer gaan, waar soms metershoge wallen van stuifsneeuw ontstonden. Van Meeteren twijfelde wat hij moest doen en hoorde toen ineens een bekende stem: Rinus de Kuiper, zijn schaatsmaat uit Gorinchem stond er eveneens alleen voor. Ze besloten samen de tocht voort te zetten en uit te rijden.

'Verschrikkelijke beelden'

,,Het was noodweer", herinnert hij zich. ,,Er stak zelfs een sneeuwstorm op. Onmenselijk gewoon. Met ons ging het best nog wel goed, maar ergens tussen Harlingen en Franiker stond om drie uur een heel cordon politie. We moesten allemaal van het ijs af. We werden in vrachtwagens teruggebracht naar Leeuwarden. De organisatie vond het onverantwoord zo nog verder te gaan.'' Een grote frustratie voor Van Meeteren die zich zo dapper door weer en wind had geslagen. ,,Ik had 'm anders absoluut uitgereden", zegt Ab. Van de bijna 10.000 toerrijders ontvingen er slechts 69 het begeerde kruisje. Dat is nog geen 0.7 procent. Op zijn stempelkaart ontbreken nog altijd die laatste twee stempels. ,,We konden de kaart weer inleveren en kregen dan ons inschrijfgeld van tien gulden terug. Maar dat wilde ik niet. Het was wel veel geld, maar ik wilde liever de kaart als herinnering houden.'' Ondertussen wachtte Wil ongerust nog steeds op een teken van leven van haar Ab. Op radio en televisie was gemeld dat de tocht was gestaakt. ,,We konden niet even bellen, hè,'' zegt ze nuchter. ,,De beelden op tv waren verschrikkelijk. Je kon de mensen niet eens meer herkennen. En we hoorden natuurlijk van de ongelukken en het uitvallen van deelnemers.'' Ze wachtte nog tot de laatste trein was gepasseerd, maar geen Ab te zien. Hij moest nog een keer overnachten in de gymzaal in Leeuwarden. Tot diep in de nacht is de organisatie bezig geweest deelnemers te zoeken en gewonde mensen van het ijs te halen.

Ab en Wil trouwden enkele maanden later en zij ging bij schaatswedstrijden en grote toertochten voortaan mee voor verzorging en om te kijken. Dit jaar zijn Ab en Wil vijftig jaar samen. Het televisieprogramma Andere Tijden Sport zendt woensdag 16 januari om 21.25 uur een extra lange aflevering over De Hel van '63 uit op Nederland 1 met beeldmateriaal van onder andere veel particulieren dat nooit eerder is vertoond.

advertentie
advertentie