'Kijk niet automatisch naar de overheid'
28 november 2011 om 00:00 NieuwsProjectbegeleidster Tineke Hoogendijk schetste in een raadsvergadering de landelijke ontwikkelingen en de diverse wetswijzigingen waarmee de gemeente straks te maken krijgt, zoals de invoering Wet Werken naar vermogen, de jeugdzorg en de ontmanteling van de AWBZ (die wordt gedecentraliseerd naar de gemeente, red.). De visie vormt overigens de basis tot het samenwerkingstraject tussen de Stichting Sociaal Kultureel en Educatief Werk (SKEW) en het Servicepunt voor welzijn, wonen en zorg (IGO). Met de visie op welzijn en het streven naar één welzijnsorganisatie neemt de gemeente haar verantwoordelijkheid rondom de start en totstandkoming van de sociale agenda.
Wethouder Eelke Kraaijeveld zei dat een terugtredende overheid wel meer druk en een beroep op verantwoordelijkheid naar eigen kracht van mensen doet. Daarom was hij blij met de sociale cohesie en het maatschappelijke brede middenveld in Hardinxveld-Giessendam.
De discussie spitste zich toe op vier stellingen. Als eerste: De burger is zelf verantwoordelijk voor zijn of haar welzijn. Handopsteken gaf aan dat een meerderheid voor een eigen verantwoordelijk is. Echter: wie niet het vermogen heeft om zelfstandig te handelen moet op hulp kunnen rekenen. Er kwamen opmerkingen als 'zoek het eerst in de eigen omgeving, familie, buren' en 'niet automatisch naar de overheid kijken'. ,,Een deel van de samenleving is niet bij machte zelfstandig te zijn. Wij zien dat bij de Voedselbank. De overheid zal toch moeten helpen de zaak weer op de rails te krijgen. Wij hebben schrijnende gevallen die we zo goed mogelijk helpen en verwijzen naar hulpverleners. Die mensen willen wel hoor, maar ze kunnen niet'', waarschuwde Teus Bongen van de Voedselbank.
Heeft de gemeente een rol in het versterken van de maatschappelijke verbanden? De vraag werd ingeleid door André Schoonderbeek, directeur IGO. De gemeente moet randvoorwaarden creëren, zorgen voor buurthuizen, dagopvang of tafeltje dekje, je sociaal opstellen. Conclusie was dat de gemeente moet kijken waar de sociale verbanden zitten, zoals voedselbank en kerken en ze moet het vrijwilligerswerk stimuleren.
Moet de gemeente samenwerking bevorderen buiten het begrip Welzijn? Op zijn geheel eigen wijze gaf wethouder Paul Letterie enige voorbeelden. Van enkele leerlingen van de Oude Hoven had hij vernomen dat ieder zich in de klas senang voelt. ,,Daar letten de meisjes op de jongens en de jongens op de meisjes, dat er niet gepest wordt. Dat is ook welzijn. Jong geleerd is oud gedaan. Als gemeenschap zorgen dat we een vangnet zijn voor de onderkant van de samenleving.''
,,Onze ambulante jongerenwerker gaat de straat op en legt contacten met hangjongeren; de IGO gaat op signalerend huisbezoek. Zo kun je actief zijn om te voorkomen dat mensen buiten de boot vallen'', gaf Jan Boer, voorzitter van de SKEW aan. Hij doelde op de stelling dat activiteiten georganiseerd moeten worden om zo te voorkomen dat mensen buiten de boot vallen. ,,Er zijn in ons dorp al veel activiteiten. Je moet voorzichtig zijn om te zeggen dat deze georganiseerd moeten worden als preventiemiddel. Moet je jongeren begeleiden naar sportvelden? Je hebt een groep jongeren die van hangen een sport maken'', was een vraag aan Boer. ,,Misschien niet begeleiden, maar wel in gesprek met hen gaan'', aldus Boer. SGP-raadslid Arjan Meerkerk vroeg zich af waar de jongeren op zitten te wachten. Dat was voor Letterie een uitdaging en hij sleepte Rob, leerling van De Oude Hoven, er bijna met de haren bij. Die was duidelijk. ,,Ik denk dat je zelf naar activiteiten op zoek moet gaan. Die zal de gemeente niet voor je kunnen kiezen.''
Tot slot gaf wethouder Eelke Kraaijveld aan dat de gemeente er moet zijn. ,,Zorg voor een sociaal netwerk. Haal dat zoveel mogelijk uit de eigen kring. Waar dat niet kan, krijgt de gemeente een rol.''
Het rapport 'Visie op Welzijn' wordt in het vervolgtraject door de raad uitgediscussieerd.
