Eerste ronden interne competitie schaakclub De Giessen en Linge in het nieuwe jaar

GIESSENBURG Voor de eerste zetten bij schaakclub De Giessen en Linge op 3 januari werden gespeeld, wensten de spelers elkaar natuurlijk een voorspoedig nieuwjaar met veel schaakplezier. In deze ronde zaten Henk Boot en Hans Karelse tegenover elkaar. Hans had zich goed voorbereid. De stelling bleef in evenwicht, maar vuurwerk hing in de lucht in een ingewikkelde stelling. Henk nam een stukoffer aan. Dat stukoffer bleek na afloop verre van correct, maar Hans vertelde na afloop dat hij Henk wel op zijn blauwe ogen had vertrouwd dat het offer correct was uitgerekend. Natuurlijk heel vriendelijk van hem, maar het is vaak het verstandigste een offer van de tegenstander primair te wantrouwen. Het was inmiddels een uiterst tactische stelling geworden waarbij Hans rond de 30^e zet misgreep en Henk snel de winst binnen haalde.

Bert van Hees speelde tegen Jaco Vonk een wat obscuur gambietje. Jaco accepteerde de pion. Hoewel Bert probeerde om het centrum van Jaco heen te spelen, kreeg hij geen echte aanval van de grond en langzaam ging de kaars uit.

David Carlsson speelde de opening tegen Louis Rutgers iets te rustig en schoot er een pion bij in. Louis kwam echter niet verder en David kwam terug in de wedstrijd. Uiteindelijk in het resterende dame-eindspel lukte het hem de remisehaven bereiken, een sterke prestatie van David.

GEMISTE KANSEN

Er waren ook gemiste kansen in de partij tussen Arjan Uittenbogaard en Henry Houweling. Henry zette de partij goed op, stond duidelijk beter, won een pion en de witte stelling lag er nogal mistroostig bij. Maar oeps, even niet voldoende opgelet en wit won opeens een materiaal. Maar Henry zette zich schrap, speelde actief en won materiaal terug. Het toreneindspel hield hij remise.

Wel winst was er voor Huig Visser tegen Nikita Roest. Christian Boudewijn kon tegen John Dessens zijn voordeel niet in winst omzetten, terwijl ook Johan Vroegop tegen Chris van Wieringen zijn voordeel niet kon verzilveren. Ook Gerard de Gans en Bert van Geldere speelden remise.

Op dinsdag 10 januari nam Bram Capelle het op tegen Henk Boot. Het ging gelijk op. Henk richtte zijn aandacht op een wat zwakke witte pion op e5. Toen die op de 20^e sneuvelde was het voordeel van Henk duidelijk en nam beslissend vormen aan. Bram bleef met een hopeloze stelling zitten.

In de partij Tony Else – Hans Karelese kreeg wit wat meer ruimte. De pogingen om de tegenstander beentje te lichten lukten bij geen van de twee: remise dus.

INGEWIKKELDE PARTIJ

Louis Rutgers en Bert van Hees maakten er een ingewikkelde partij van. Het begon rustig, maar de witte koningstelling oogde kwetsbaar toen de witte loper was geruild en zwart daar met g5 en f5 de aanval zocht. Bert kwam een kwaliteit voor, maar de winstweg was moeilijk. In het resterende eindspel leken er zeker aanknopingspunten voor Bert, maar hij had nog maar erg weinig tijd. Toen hij daarom remise aanbood, was hij best opgelucht dat Louis akkoord ging.

Henry zette de partij tegen David Carlsson zeer ondernemend: een rijtje pionnen op de 4^e rij en een loper op d6, die de nog niet ontwikkelde zwarte damevleugel min of meer lam legde. Maar hoe verder? En ja, dan gaat er wel eens wat mis. Hij verloor een stuk. Maar Henry vond nog een geitepaadje naar eeuwig schaak. Zo ontsnapte hij nog met remise.

Rob van Driel had tegen John Dessens eigenlijk vanuit de opening voordeel. John vond achteraf dan ook dat hij de vanuit opening terecht hgad verloren.

Bert van Geldere begon goed tegen Johan Vroege, won een pion en daar bleef het niet bij. Toen het uiteindelijk een volle loper was geworden, was duidelijk dat Bert ging winnen. Chris van Wieringen liet in de opening tegen Huig Visser zijn tegenstander meer ruimte, maar echt gevaarlijk kon Huig het niet maken. Uiteindelijk won Chris.

Mark Couwenberg verslikte zich tegen Christian Boudewijn. Hij dacht een kwaliteit te winnen, maar overzag dat Christian een matdreiging tegen de witte koning uit de hoge hoed kon toveren. Daarmee verloor hij ook zijn dame en de partij.

Gerard de Gans en kreeg tegen Jan Post met een toren en twee paarden tegen twee torens. Hoe Gerard ook probeerde zijn paarden te laten samenwerken om ergens een dubbele aanval of vork te plaatsen, dat lukte hem niet. Hij verzuchtte op een gegeven moment: ,,Ik krijg hem maar niet te pakken.” In het uiteindelijke eindspel resteerde een ‘potremise-stand’.

Chris Tromp leek tegen Mattias Stok de betere stelling te hebben met een binnengedrongen toren. Maar Mattias stuurde zijn vrije a-pion snel het vrije veld in. Toen één van de passanten op een gegeven aan Mattias vroeg hoe hij opeens een stuk was kwijtgeraakt, antwoordde Mattias: ,,Kwijtgeraakt, welnee. Ik heb gewoon een stuk geofferd!” Hij had het blijkbaar allemaal goed gezien want de a-pion was niet te stoppen en bleek dus goud waard.